Hoofdredaktionele commentaren in de NRC zijn meestal vlees noch vis. Zo niet op 13 maart. In een bijzonder helder stukje, wordt aan de stadsdeelraden in Rotterdam, Amsterdam en Utrecht de wacht aangezegd. Tevens wordt de PvdA gemaand, met de in Rotterdam al besloten omzetting in een soort éénpersoons-inspraakorganen, akkoord te gaan en geen politieke spelletjes daarmee te spelen.
Ik heb ook altijd zo m'n twijfels gehad over de vraag of het zinvol is, om op het niveau van buurten en stadswijken organen van vertegenwoordigende democratie in te stellen, met het grote risico, dat die politiseren in de negatieve zin van het woord en een handicap gaan vormen voor het goed functioneren van de stedelijke representatieve democratie. Die laatste is in Nederland bijzonder goed bewerktuigd met bevoegdheden, zowel naar boven (gemeenten zijn in NL wetgevers, anders dan in vrijwel alle andere landen in de EU) als naar 'beneden': grote autonomie en beleidsvrijheid, een goed dekkend stelsel van regelingen op vrijwel alle gebieden van het dagelijks leven, weinig provincie- of staatsinmenging.
Als je een dergelijk systeem van allerlei 'lagen' gaat voorzien, ontstaat er verwarring, inefficiency, en competentiestrijd. En dat gaat ten nadele van de inwoners.
Maar het hoeft niet altijd zo te gaan.
Dat is naar mijn mening duidelijk gebleken in Amsterdam, waar, na een paar mislukte experimenten, nu behoorlijk bewerktuigde stadsdelen bestaan, die, behalve op een paar formele punten, nauwelijks meer van èchte gemeenten verschillen. Blijkbaar komen de voordelen van een nabij bestuur goed tot hun recht, wanneer je die besturen ook een maximum aan autonomie en middelen geeft.
Er kan dan ook geen sprake van zijn, dat in Amsterdam de stadsdelen worden afgeschaft. Ga maar na: Hoe zou het nu in stadsdeel "De Baarsjes" (Amsterdam-West) zijn, als er niet opeenvolgende, competente- en in de goede zin van het woord "gepolitiseerde" stadsdeelbesturen waren geweest? Ik vermeld vernieuwende en ook elders overgenomen initiatieven als de straatgewijze aanpak (1990), de alom als gelukkig geprezen uitkomst van het moeilijke overleg met Milli Görüs over het moskee-complex (1990-2004), de oplossing van het 5-mei-incident met Marokkaanse jongeren (2004), de buurtvaders en de systematische criminalisteitsbestrijding op micro-niveau.
Deze heilzame zaken zouden er nooit zijn gekomen, wanneer de stedelijke decentralisatie gebleven zou zijn bij deconcentratie van diensten en hun onderling overleg, eventueel met buurtinspraak. De politieke competentie is daarbij steeds van doorslaggevend belang geweest. Ambtenaren kunnen (en mogen) de moeilijke knopen niet doorhakken, waarvoor men zich in De Baarsjes steeds weer gesteld zag.
En hetzelfde verhaal kan worden verteld voor de meeste andere Amsterdamse stadsdelen, al kennen we ook voorbeelden van verspilling, wanbestuur en vlucht van politici voor verantwoordelijkheid. Maar dat laatste komt in "gewone" gemeenten (en provincies en op nationaal en Europees niveau óók voor).
Utrecht lijkt me inderdaad een voorbeeld van hoe het niet moet. Onzichtbare, incompetente en nauwelijks bewerktuigde wijkraden, politiek samengesteld. Een hervorming in die stad, zou dus eerder in de richting van het Amsterdamse model moeten gaan. Anders inderdaad maar beter afschaffen. Zo groot is de stad Utrecht nu ook weer niet.
In Rotterdam hebben de stadsdeelbesturen meer competenties dan in Utrecht, maar minder dan in Amsterdam. Naar mijn bescheiden indruk, hebben toch sommige van die Rotterdamse deelraden tijdens het Leefbaar-bewind in de centrale stad, heel belangrijke en unieke dingen gedaan, die de raciale spanningen in de stad hebben verzacht, en, in een enkel geval, ook landelijk interessante voorbeelden van oplossingen hebben gegenereerd.
De Nieuwe Rotterdamse Courant staart zich, denk ik, blind op het gevaar, dat de Rotterdamse PvdA, nu ze weer de grootste partij daar is, alles wat tijdens het Leefbaar-CDA-VVD-bewind van 2002-2006 is besloten weer zou willen afschaffen. daarbij miskent de krant, dat de PvdA in de stadsdelen een hele serie competente bestuurders aan het werk heeft, de meesten van een jongere generatie dan het oude PvdA-establishment dat in 2002 werd weggevaagd. In de Rotterdamse stadsdeelbesturen is veel geïnvesteerd, materieel en menselijk.
Ik denk dat het juist van een geruststellende grootsheid van de winnende stedelijke PvdA in Rotterdam zou getuigen, als ze de Rotterdamse wijkraden versterkt naar Amsterdams voorbeeld en hun een ruimte gunt, die ze niet voor zichzelf opeist.
Als het NRC-standpunt iets met de Collegevorming in Rotterdam te maken heeft, moet dat liggen in de wens, dat de PvdA samen met Leefbaar (17 + 14 zetels van de 45 - de andere partijen, inclusief VVD en CDA, zijn heel klein uit de verkiezingen gekomen) gaat besturen. De Leefbaren zijn kwantitatief en kwalitatief slecht vertegenwoordigd op wijkenniveau. Dat is echt wel een van de redenen dat ze ervan af willen. Het "schrikbeeld" van een links meerderheidscollege van PvdA, GL en SP (23 zetels) speelt blijkbaar een rol.
Ik geloof er echter meer in, dat de Rotterdamse PvdA nu moet ophouden met concessies te doen aan de Fortuynisten. Als de laatsten geen water in hun (Na)wijn willen doen, dan moeten ze maar in de oppositie. Daarom wordt ook een duidelijke keuze van CDA en VVD verwacht. Willen ze hun opportunistische flirt met Leefbaar voortzetten, dan wacht hun ook de oppositie. Kiezen ze voor een coalitie van democratische- en niet-racistische partijen, dan zou er ook voor hen plek moeten zijn in een meerderheidscollege.
Voor Balkenende en Verdonk zou dat natuurlijk een afgang betekenen, maar het ziet er toch niet naar uit dat die in 2007 nog kans hebben om terug te komen...
14 maart 2006
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten