Gepubliceerd in huibslog, 3 juni 2007 -uittreksel:
Je moet niet denken, dat de neoconservatieven zelf ook maar een woord geloven van de gruwelpropaganda over de Islam die ze door de Amerikaanse belastingbetaler laten verspreiden in Europa en uitventen op een conferentie zoals die onlangs (met Hirsi Ali, uiteraard!) in Californië werd gehouden.
Neoconservatisme is een élitaire ideologie, die zich van traditioneel conservatisme (Burke e.a.) onderscheidt, doordat ze "voor het gewone volk" als nuttige mythen (als psychologische manipulatie, dan wel als nuttige morele standaarden) modernere ideologieën en geloofsrichtingen benutten dan hun bijna-naamgenoten.
(Ik werk aan een meer algemeen overzicht van de auteurs en de stromingen die zich beroepen op deze denkwijze. Deze laatste is niet beperkt tot conservatieven, neo-conservatieven, confessionelen en liberale "jihad"-figuren: Ook de sociaaldemocratie [Hendrik de Man, 1927: De Psychologie van het Socialisme] heeft haar ideologen die onderscheid maken tussen "wetend" leiderschap en "sociale" (nuttige) mythen, gekend.]
Voor de verlichte conservatieven uit de achttiende eeuw (zoals die nog steeds bestaan), was het de traditionele Kerk, die het volk rustig en moreel in de onderworpenheid hield.
Voltaire, die er zelf geen woord van geloofde, preekte elke zondag trouw in de kapel van zijn Zwitserse landgoed en dwong zijn personeel daarbij aanwezig te zijn.
In het begin van de negentiende eeuw, je kunt het nalezen bij Jane Austen, bij voorbeeld, was het gewoonte, dat de jongere adellijke broers een Anglicaanse parochie toegewezen kregen als bron van inkomsten en met als taak, de kerkelijke discipline op en rond het voorvaderlijke landgoed te handhaven.
Bij Balzac en Stendhal (Le Rouge et le Noir!) is het even normaal als jonge edellieden zonder erfdeel, zonder enige vooropleiding, vrij hoge kerkelijke ambten gaan bekleden, ondanks hun vrijuit beleden ongeloof en weinig christelijke levenswandel. Ze neuken er lustig op los!
Ook Goethe en Schiller, om maar even in dezelfde vroege negentiende eeuw te blijven, vinden het blijkbaar een nuttig onderscheid tussen de politieke en intellectuele elite en het gewone volk, dat het laatste zoetjes aan kerkgang en kerk-gestuurde moraal wordt gehouden.
Eén en ander was indertijd als het ware "ingebouwd" in het functioneren en denken van de Vrijmetselaars en hun exclusieve genootschappen.
Conservatisme is dus, paradoxalerwijze, revolutionnair: Het is gebouwd op het weten, de kennis, de netwerken, de familiebanden, van een elite, die haar eigen, voor het gewone volk verborgen, politieke agenda had. Een agenda, die nooit en te nimmer per volksstemming zou zijn aangenomen, laat staan in zelfbeheer door het hele volk uitgevoerd.
Bovenstaand wil niets kwaads zeggen over kerk, christendom, vrijmetselaars of zelfs over conservatieven! Allen waren "kinderen van hun tijd".
Christendom, bij voorbeeld, was in oorsprong een moreel réveil van en voor gewone mensen. En, zoals uit vele moderne voorbeelden blijkt, heeft het die potentie behouden. Ondanks haar eigen misbruiken en ondanks het misbruik dat van de kerk is gemaakt.
Iets dergelijks geldt voor vrijmetselaars: eerst als niet-horige handwerkslieden in de Middeleeuwen (de loges, de loodsen bij de kathedralenbouw), later als beter opgeleide burgers, voor wie geen plaats was in de standenmaatschappij, die buiten de macht en buiten de kennis werden gehouden, waren ze wel gedwongen om zich te organiseren in idealistische-, vrij-denkende-, maar gesloten gemeenschappen. Het was een emancipatie-beweging (en is het vaak nog) die veel aan democratie, onderwijs, wetenschap en transparantie heeft bijgedragen. Maar ook zij konden niet de talrijke onderste lagen van de bevolking meekrijgen. Ook zij verdedigen hun inactiviteit naar de massa van de bevolking toe, met "respect" voor geloofsovertuigingen. Dat maakte mede hun eigen ingroei in de bestaande elites gemakkelijker.
Lees verder in "huibslog": Conservatisme en Neo-Conservatisme: Overeenkomsten en Verschillen
"Je moet wéten wie je tegenstanders zijn, hen kènnen en aanspreken op hun eigen inconsequenties. Alleen zó komt (eventueel) een intellectuele dialoog tot stand, die ons verder helpt."Even raden, wie dit opschreef!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten